Vroeg je ons twee jaar geleden waar we het liefst naartoe zouden willen, dan was het antwoord: Patagonië en de Markiezen. Toch staan we op het punt de laatstgenoemde over te slaan. Vanuit het zuiden komend is dit een omweg en we horen al bij de hekkensluiters als we vóór het cycloonseizoen in Nieuw-Zeeland willen zijn. Maar, zoals altijd met moeilijke keuzes over de route, kan je maar het beste naar de weergoden luisteren.
Op de winderige ankerplek in Gambier bespreken we de volgende etappe met de andere zeilers. En warempel, we hebben eigenlijk geen keus. Helaas krijgen we op Gambier alweer snel met nieuw slecht weer te maken. De Tuamotus liggen in een kern van hoge druk, oftewel, daar is het windstil. En de Markiezen lijken zowaar, met een halvewindse koers, perfect in een week te bezeilen. We struinen nog één keer het dorp af om vers fruit te scoren en ik duik onder de boot om de eendenmosselen te verwijderen. Die avond zien we Gambier achter de horizon verdwijnen.
Snelle oversteek
Na de lange oversteek vanuit Chili zagen we er tegenop weer een tijd op zee te zitten. Gelukkig is deze keer de wind, zeker de eerste dagen, redelijk stabiel en hard genoeg. Het schiet lekker op en we komen alweer snel in het ritme. Alleen de zevende en laatste dag laat de wind het afweten. Aan het eind van de ochtend blijft zelfs de gennaker niet meer vol staan. We besluiten het laatste stuk te motoren. Zo halen we het precies voor donker en is de gevangen tonijn bij aankomst nog vers. Het laatste stuk gaat over een spiegelgladde zee. Aan de horizon doemt Fatu Hiva op. Terwijl een groep kleine dolfijnen ons verwelkomt zet de avondzon de begroeide steile kliffen in een goudgroen licht. Aan het eind van de baai zien we een witte kerktoren boven de begroeiing uitsteken. Het beeld dat we herkennen van foto’s. Gaaf dat we er nu zelf zijn!
Fatu Hiva
We slenteren in de ochtendhitte door het dorpje Omoa als we worden aangesproken door een vrolijke bewoner. Met enige spijt dat ik vroeger niet wat beter heb opgelet bij Frans, begrijpen we dat de dorpsspelen op het punt staan te beginnen. Hij wijst naar het speelveld aan het strand en gebaart mee te komen. De hele dag staat er van alles op het programma: manden vlechten van palmbladeren, kokosnoten openhakken, touwtrekken en jeu de boules. Ik word zelfs nog uitgenodigd om mee te doen aan de sprint. Het wordt me daarbij pijnlijk duidelijk dat het leven aan boord slecht is voor je conditie. Maar blijkbaar deelt hier zelfs degene die als laatste over de finish komt mee uit de prijzenpot. Het ijsje dat ik daarvan kan kopen is een schrale troost.
Als de swell in de ankerbaai toeneemt schuiven we één baai op. Baie de Virgenes staat bekend als de mooiste ankerbaai van de Markiezen. Het is er daardoor een stuk drukker. De bewoners lijken zelfs wat afgestompt in het contact met bezoekers. Maar de baai is inderdaad prachtig. Om wat aan de conditie te werken maken we een mooie wandeling door de jungle naar een hoge waterval. Tevens de perfecte plek voor een heerlijke duik.
Tahuata
Van Fatu Hiva racen we in een dag met een flinke passaatwind naar het volgende eiland: Tahuata. Behalve dat het een goede tussenstop is naar het grotere eiland Hiva Oa hadden we weinig verwachtingen. Maar de ankerbaai van Hanamoenoa is een plaatje. Kokospalmen langs een wit strand, helderblauw water, goede ankergrond, mooi beschut en geen bebouwing rondom. Alsof dat nog niet genoeg is wordt de baai elke ochtend ook nog eens bezocht door manataroggen!
Ik schrik van de eerste die uit het diepblauw voor mijn snorkelmasker opdoemt. Doen ze echt niets? Nieuwsgierig komt hij dichterbij en draait een rondje om me heen. Ik houd mijn adem in. De manta duidelijk niet. Ze voeden zich hier. Als ze hun bek open hebben kijk je zo door hun binnenste tot aan de staart. En via de kieuwen kijk je dwars door ze heen. Het is magisch zoals ze door het water zweven. Het worden er steeds meer. Tot ik zelfs door vijf stuks ben omsingeld. Als ze echt niet gevaarlijk blijken waagt ook Marrit zich in het water. Ook langs de randen van de baai kan je mooi snorkelen. Er zwemmen vele tropische vissen, ik zie een grote schildpad en dan ook de eerste haai!
Hiva Oa
We genieten een paar dagen van deze mooie plek voordat we naar Hiva Oa varen. Dit korte stuk kruisen we samen op met de Long John Silver. De omstandigheden zijn perfect voor een fotoshoot van elkaars boten met de tropische vulkanische eilanden op de achtergrond.
Hiva Oa is weer een wat groter eiland met als hoofdplaats Atuona. Er is hier een klein haventje met een werf, er rijden weer auto’s op normale wegen en er zijn meerdere supermarkten. Van anderen horen we dat het leuk is om een auto te huren om de rest van het eiland mee te verkennen. Dat laten we ons geen tweede keer zeggen en de volgende dag stappen we met Stef en Manon van de Long John Silver in een pick-up truck.
Het is heerlijk om het eiland ook vanaf land te zien. Het is mooi groen en het zicht vanuit de bergen op het helderblauwe water en de verschillende baaien is prachtig. We bezoeken de verschillende dorpjes, historische plekken en ook Te Meàe O Ìipona. Een heilige plaats in een hele mooie tuin. Hier staan de grootste Tiki’s van de Markiezen, ter ere van een grote overwinning van de ene op de andere stam.
De bermen staan vol met fruitbomen. Maar er staan ook paarden en koeien in. In Europa associëren we een berm als collectief eigendom. Hier is het particulier bezit en vooral de makkelijkst bereikbare plek om je vee te stallen en fruit van de bomen te plukken. Het is iets meer moeite, maar om onze voorraad fruit weer aan te vullen zit er niets anders op dan het netjes te vragen. Eigenlijk is dit ook wel zo leuk. Fruit groeit hier in overvloed en iedereen is bereid om te delen. Langzaam maar zeker vult de auto zich met bananen, mango’s, kokosnoten en papaja’s. We proberen zoveel mogelijk in te slaan. Onze volgende bestemming zijn namelijk de Tuamotus. Dit zijn atoleilanden waar vrijwel alleen maar kokospalmen groeien.
Paul Gauguin
Hiva Oa was ook het favoriete eiland van Franse kunstschilder Paul Gauguin. Net als bij vriend en generatiegenoot Van Gogh werden zijn expressionistische werken in die tijd niet gewaardeerd. Hij leefde hier tot aan zijn dood in 1903. In het museum hangen replica’s van zijn werk. Er zit een prachtige tuin bij waar zijn minimalistische maar mooie woning is nagebouwd. Op de weg terug naar de boot lopen we uit nieuwsgierigheid ook nog even langs zijn graf op de begraafplaats boven het dorp. Ook wij voelen de aantrekkingskracht van deze paradijselijke eilanden. Gelukkig zijn er daar nog veel meer van die we graag willen zien!
Wat een prachtige eilanden. Dat moet een mooie ervaring zijn om er zelf te zijn. Geniet!
Geneiten! Blauwe lucht warm weer, boards shorts, bikinis en tropische cocktails. Keep them coming.
Haha ik dacht hetzelfde Jord. Heerlijk jaloers makende plaatjes. Kun je er ook nog golfsurfen?
Nou, ja, er zijn wel wat spots. Maar het is lastig. Zoals zo vaak zijn die aan de kant van het eiland waar je je boot niet echt kwijt kan. Op Hiva Oa was een spot bij het dorp, maar die werkte op dat moment niet. Dacht dat t makkelijker zou zijn helaas.
Doen we! Staan nog genoeg tropische plekken in de planning!
De foto’s geven het verhaal echt z’n kleur! En die luchten!
Toch maar naar het zuiden dus?;)